In een bomvolle zaal van de Leeuwenbergh in Utrecht vond het jaarlijkse Heimans en Thijsse symposium plaats. Het thema dit jaar was “Bloemrijk of gifgroen?”. Steeds meer mensen maken zich zorgen over het verdwijnen van het weidse, kleurrijke boerenland dat tot voor kort zo onverbrekelijk met Nederland was verbonden. Het grootste deel van de boerenlandvogels is verdwenen en slootkanten vol bloemen kom je nauwelijks meer tegen. Oorzaken zijn de steeds verdergaande schaalvergroting en intensivering van de landbouw. En dat terwijl de werkgelegenheid op agrarische bedrijven al jaren daalt en het inkomen van veel boeren onder druk staat. Hoe zal het Nederlandse platteland eruitzien over vijftig jaar? Zal dan nog steeds het grootste deel uit landbouwgrond bestaan, terwijl we juist meer ruimte nodig hebben voor wateropvang en recreatie? Kan er dan een landbouw zijn zonder desastreuze effecten op landschap en natuur? Uiteindelijk is de grote vraag, wie er gaat betalen: de natuur, de boer of wij als consument. Dat was de focus van de middag.
Na het welkomstwoord van de voorzitter Frank Berendse startte het programma met een muzikale en gesproken uitvoering over het leven van de grutto. Trekvogelecoloog en Spinozaprijswinnaar Theunis Piersma en multi-instrumentalist Sytze Pruiksma vertelden om-en-om hun eigen verhaal over de grutto. Filmbeelden van grutto Amalia en het onderzoeksverhaal van Piersma werden omlijst en versterkt door de muziek van Sytze Pruiksma. Theunis Piersma vertelde hoe door de steeds intensievere landbouwmethoden in Nederland, de nesten of jongen van trekvogels al in mei of juni kapot gemaaid worden. De insecten zijn voor de weidevogelkuikens elk jaar moeilijker te vinden. De grutto keert daarom steeds vroeger terug naar Afrika. Nu is dat in mei/juni, voorheen was dit in juli. De vroege terugkomst in de overwinteringsgebieden als Guinee-Bissau zorgt voor problemen voor de boeren daar. Rijst zaaien gaat niet meer omdat de nu vroeger aanwezige grutto’s de kiemende zaadjes opeten. In plaats daarvan planten de boeren tegenwoordig rijst. Dat betekent voor de boeren veel extra werk en zorg. En dit wordt allemaal veroorzaakt door de landbouwintensivering hier in Nederland. Sytze Pruiksma riep met zijn instrumenten, vogelfluitjes en slagwerk, het landschap en de grutto tot leven en versterkte de emotie van het verhaal van de teloorgang van de grutto.
Na de pauze liet als scherpe introductie op de twee sprekers het animatiefilmpje “het wilde apen-concept” een alternatieve weg zien hoe we via een progressieve belasting op vervuilende stoffen als pesticiden en kunstmest, het telen en kopen van duurzame producten kunnen stimuleren. Door de echte kostprijs te betalen dus. Zie voor het filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=FFNOyY6h6SE.
De Wageningse econoom Krijn Poppe vertelt dat het Europese landbouwbeleid rust op twee pijlers. Eén pijler ondersteunt de boer met directe inkomenssteun waarvoor nauwelijks tegenprestaties gevraagd worden. Pijler twee beloont boeren voor het uitvoeren van innovaties of agrarisch natuurbeheer. Poppe constateert twee zwakke plekken in de voedselketen, de kleine spelers: de consument en de boer. De consument kent volksziekten als diabetes en obesitas. Een ander menu helpt dit te verminderen. De boer gaat verder met schaalvergroting waarvan de kosten voor het milieu en natuur niet meewegen in de besluiten die een boer neemt. Poppe benoemde een aantal opgaven voor het toekomstig Europees landbouw en voedselbeleid: maak onze menu’s gezonder en duurzamer met een prijs die de echte kostprijs dekt, laat het klimaatakkoord neerslaan in beslissingen van boeren, stem de prikkels in de keten af, installeer slimme (ict) instrumenten voor milieumanagement, ondersteun innovatie in het stads-voedselsysteem en de bio-economie. Poppe ziet hiertoe mogelijkheden door de instrumenten van het Europees landbouwbeleid te verbreden tot vijf pijlers: van inkomenssteun, beloning voor ecosysteemdiensten en plattelandsontwikkeling, stimuleren van voedsel en gezondheid, tot ondersteuning door monitoring, dialoog en onderzoek.
EU-parlementariër Bas Eickhout (Groen Links) gaf daarna het politieke perspectief op de Europese landbouw. Eickhout reageerde op de punten die Poppe naar voren heeft gebracht. Eickhout gaf een vrij negatief beeld van politici die hervormingsmoe zijn. De meerderheid van de EU-landen (en parlementariërs) wil helemaal geen debat en verandering. Er zijn veel tegengestelde belangen (oost-west, nettobetalers – netto ontvangers). Daarbij is er een sterke lobby om de boerenbelangen te verdedigen. De optie om tot verduurzaming te komen door via belastingmaatregelen de kostprijs te beïnvloeden is een nationale competentie en Brussel kan dit niet beïnvloeden. De mogelijkheid die Eickhout wel ziet is een kopgroep van landen die een beprijzingsmechanisme uitwerken. Maar op het wereldtoneel is het speelveld voor de internationale handel niet gelijk. Eickhout heeft daarom twijfels over open internationale handel en landbouw gaat over internationale handel. Brussel stuurt nu het landbouwbeleid door alle instrumenten te richten op de boeren. Op sturen en beïnvloeden van consumenten rust nog een groot politiek taboe. Eickhout wil vooral veranderingen creëren door met de boeren zelf in debat te gaan. Daar moeten de veranderingen plaatsvinden.
Aan Titia Wolterbeek (Soorten NL en Vlinderstichting) is gevraagd om vanuit de natuurbescherming een reflectie te geven op de twee voorgaande sprekers. Wolterbeek benadrukt het belang van leefruimte voor planten en dieren. Boeren moeten een binding hebben met het landschap om dit te realiseren
Aan het eind van de middag werd de Heimans en Thijsse Prijs 2017 uitgereikt aan Ben Koks (zie het nieuwsbericht). De middag werd afgesloten door met een drankje in de tuin na te praten over de middag en oude vrienden en bekenden te ontmoeten.