Adolphe Burdet (1860-1940) was een pionier van de Nederlandse vogelfotografie en tevens de eerste Nederlandse vogelfilmer. Rond zijn zestigste levensjaar begon hij met het filmen van een groot aantal Nederlandse broedvogels. Ruud Vlek, beheerder van de foto- en filmcollectie van de Heimans en Thijsse Stichting, en producente Hetty Litjens zijn momenteel bezig een aantal van de natuurfilms van Burdet digitaal te hermonteren. Het eerste resultaat is sinds kort te bekijken op YouTube. De desbetreffende film toont nestelende grielen op het landgoed van de familie van Burdets echtgenote, Olga Burdet-Van der Vliet (1858-1941), in de Kennemerduinen. Burdets filmbeelden werden regelmatig van commentaar voorzien door vogelkenners, waaronder Jac. P. Thijsse. In Met de filmcamera door de vogelwereld uit 1937 vertelt Thijsse op enthousiaste wijze over de aanwezigheid in de Hollandse duinen van de ook destijds zeer zeldzame griel.
Adolphe Burdet
In zijn In de ban van vogels uit 1995 geeft K.H. Voous de volgende biografische schets van Adolphe Burdet:
‘Burdet werd geboren in Croy, kanton Vaud, Zwitserland. Hij studeerde aan de universiteit van Lausanne, kwam als jong huisleraar bij de familie Van der Vliet-Borski op het landgoed Elswout te Overveen en huwde op 11 juli 1893 met zijn pupil Olga Catherine Antoinette van der Vliet, de welgestelde dochter des huizes. Na een jarenlang verblijf in Constantinopel, Turkije, waar Burdet leraar was op een Franse school, vestigden zij zich uiteindelijk op het buiten Lindenheuvel te Overveen/Bloemendaal. Hoewel wonend in Nederland, heeft hij altijd de Zwitserse nationaliteit behouden.
Burdet wordt evenwel algemeen onder de Nederlandse ornithologen en vogelfotografen gerekend. Zijn leven en werken als vogelfotograaf, eerste vogelfilmer in Nederland en genereus vogel- en natuurbeschermer zijn, behalve in de talrijke necrologieën, beschreven door G.A. Brouwer (1954). Hier zij slechts herinnerd aan Burdets grote vriendschap met Jac. P. Thijsse en liefde voor Texel, aan zijn stereoscopische fotoseries (1910, 1915, 1922 – zie Levende Natuur 27 (1923): 257-261), aan de Vogelkalender van Thijsse & Burdet (1930), aan de talrijke bijeenkomsten van Natuurmonumenten en Vogelbescherming waarop hij zijn films vertoonde van Nederlandse broedvogels (als laatste soorten de Middelste Zaagbek in 1937 op Texel en de Witwangstern in Limburg in 1938) en aan het in 1938 naar hem genoemde vogelreservaat van Natuurmonumenten, Burdet’s Hop, gelegen naast Thijsse’s Fienweid bij Dijkmanshuizen op Texel. Met zijn volle witte baard had hij het uiterlijk van een landedelman. Zijn vrienden waren vele, maar vooral ‘jachtopzieners, duinarbeiders, jongelui, onderwijzers, visschers, vogelwachters, politiemannen.’ Burdet was niet wars van de jacht en had een eenvoudig jachtoptrekje aan de rand van het Naardermeer (“het jachthuisje van Burdet”), waar in de oorlogsjaren onder andere Han Fischer een onderduikplekje had. Burdet was jarenlang bestuurslid van Natuurmonumenten en Vogelbescherming en erelid van de Nederlandse Ornithologische Vereniging (NOV) (1930).’